woensdag 17 december 2008

Rearviewmirror

New Yorkers leven in de vijfde versnelling. Dat is ze aan te zien. De meesten lopen er bij met vermoeide hoofden, sluik haar, onder hun ogen donkere kringen. The city that never sleeps. Ze werken, werken, werken. Wurmen zich daarna in de ondergrondse en komen eruit in de wijken waar zij wonen. In hoog tempo verplaatsen ze zich over de brede stoepen, een dampende Caramel Latte in hun ene hand, in de andere de tas met laptop of een afgehaalde maaltijd.
Zo heb ik veel van de afgelopen weken ook geleefd. 's Ochtends opstaan, ontbijten en meetings van de vorige dag uitwerken, mijn dagboek updaten en werken aan een blog. Daarna met de A, C of E metro naar Times Square en langs dampende shoarmakraampjes op straat naar het McGraw-Hill Building waar de Community Board 4 zetelt. Op de 26e verdieping. In een mooie art-deco gedecoreerde lift zoef je omhoog. Het is een oud gebouw, dus je voelt er nog je oren suizen bij het opstijgen of dalen.
Ik kom het kantoortje binnen, leg mijn spullen in de vergaderzaal, plug mijn laptop in, maak een praatje met mijn stagebegeleidster R. of een van de andere medewerkers.
Vervolgens begint al snel een volgende meeting. Deze zijn op kantoor, of op locatie. In het laatste geval lopen we door de straten van Hell's Kitchen naar een ziekenhuis, woningbouwcorporatie of andere faciliteit waar we kunnen vergaderen. Ik zit erbij, met mijn schrift op schoot. En meestal is er wel iets waar ik me over verbaas of schiet me een idee te binnen voor mijn eindverslag. Daarna vinden er bijna alle dagen avondvergaderingen plaats van commissies van de Board. Die zijn altijd het leukst. Je hoort over allerlei zaken die spelen, krijgt de kans om kennis te maken met 'echte' boardmembers, waarbij het altijd interessant is om te horen wat hun motivatie was om zich aan te melden voor de Community Board. Het is zóveel werk wat deze mensen verzetten! En dat naast hun drukke banen.
Na de commissievergadering loop ik naar de helverlichte kapitalistische hel van Times Square en duik weer de rammelende ondergrondse in. Vier haltes downtown en ik ben bij halte W4/Washington Square. Dit was mijn 'hood voor vier weken. Ik ken er de weg, weet welke wasserij het goedkoopst is en waar ze lekkere Indische curries verkopen en waar vieze. Flink de pas erin zettend koop ik eten, meestal iets wat is klaargemaakt. Koken heb ik welgeteld twee keer gedaan. Thuis eet ik mijn hap op, ondertussen mijn mail checkend of kijkend naar het Amerikaanse nieuws. En vaak is er weer van alles uit te werken. De avonden vul ik met hetzij een bioscoopbezoek (twee tips: Frost/Nixon en Slumdog Millionaire, beide instant-klassiekers), boeken browsen in de Barnes en Nobles of met een bezoek aan een culturele activiteit.
Deze week eindigt alweer mijn stage. Het was een bijzondere tijd die ik heb ervaren als een voorrecht. Het voorrecht om een maand te wonen in New York is bijzonder. Het voorrecht om een maand uit je eigen werkomgeving te zijn is zo mogelijk nog bijzonderder. Het is inspirerend, verrassend en heel interessant. Ik heb enorm veel indrukken opgedaan over het bestuur van een grote stad, de betrokkenheid van burgers daarbij, de rol van democratisch gekozen leiders, het belang van kennis en ervaring, de continue afweging tussen economie en bewonersbelangen. Eigenlijk nog maar een fractie daarvan heb gedeeld via dit blog. Ik denk erover om, eenmaal in Nederland, op dit blog nog wat dieper in te gaan op de werking van de Community Boards, maar het meeste komt terecht in mijn eindverslag, wat hier eind januari is te vinden. Maar ook het op mezelf zijn, de soms heftige afwisseling van een grotesk vrijheidsgevoel met echte eenzaamheid zijn ervaringen die mij weer nieuwe inzichten over mijzelf gaven.

Morgen arriveert mijn vriendin YK, met wie ik deels dezelfde toeristendingen zal doen als in mijn eerste weken, maar deels ook nieuwe. Ik verheug me erop. Kerst in New York is wat kitcherig maar wel mooi: schaatsbanen, lichtjes, kerststerren boven 5th Avenue.

Deze weken hebben mij ook duidelijk gemaakt dat ik schrijven en verslaglegging van mijn observaties leuk vindt. En dat er gelukkig veel mensen zijn die mijn krabbels met plezier lezen. Kleine Joris had ooit het plan om journalist te worden. Dat werd toen afgeraden. "Te weinig doortastend".
Wie weet dat dat er ooit nog van gaat komen...


Al bloggend in een downtown Starbucks. Bedankt lieve lezers!